Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want hij zeide tot Juda: Laat ons [10]deze steden bouwen, en muren daarom trekken, en torens, deuren en grendelen, [11]terwijl het land nog is voor ons aangezicht; want wij hebben den HEERE, onzen God, gezocht, wij hebben [Hem] gezocht, en Hij heeft ons rondom henen rust gegeven. Zo bouwden zij en hadden voorspoed. 10. Het woord deze geeft te verstaan dat de steden van welke hier gesproken wordt, nog waren, en dat vervolgens de bouwing derzelve te verstaan is van haar versterking, gelijk ook de volgende woorden medebrengen. 11. Dat is, terwijl wij het land nog met vrede bezitten en gebruiken mogen. Vergelijk Gen.13:9.